1 lyk het eerste en voornaamste oogmerk, het oprechten van een Koophandel niet wel konde worden uytgewerkt, ten zy haare Czaarsche Majesteiten, (Iwan en Peter, die toen gezamentlyk het Russische Ryk beheerden) den doortocht wilden toestaan door hunne Heerschappyen, voor de Europische en Persiaansche Goederen en Waaren, op redelyke voorwaarden, zo had de Ambassadeur bevel, om eerst en voor al het Hof van Mustou aan te doen, en daar ontrent deze zaak een Verdrag te sluyten. Het zou buyten myn bestek loopen, om my in te laaten, of in het voornemen, of in den uytslag der verhandelingen van den Heere Fabricius, verder dan dezelve my leiden om Doctor Kampfer te volgen door Muscovien in PerSien. Hy ging op reys van Stokholm met de Geschenken voor den Koning van Perfien op den 20. Maart 1683. O.S., en trok door Aland, Finland, Ingemerland en Narva, alwaar hy den Ambassadeur vond met een gevolg van dertig Persoonen. Een misslag in de Geloofs-brieven van den Ambassadeur, waar in door onoplettenheid den naam van den Koning van Persien gezet was voor die der Czaarsche Majesteiten, en de onbereidwilligheid van den Waywode van Novogorod, om de nodige kosten te verzorgen om hem te geleiden en vry te houden, met zyn Gevolg, volgens den Inhoud der tractaten tusschen de twee Kroonen, hielden hen een geruymen tyd op de Grensen van Rusland. Deze zwaarigheden evenwel eindelyk op een minzaame wyze uyt den weg geruymt zynde, vervolgde de Heer Fabricius zyn Reys door Novogorod naar Muscou, alwaar hy zyne openbare intreede deed op den 7. July, en op den 11. daar aan volgende gehoor had by haare Czaarsche Majesteiten. De Heer Fabricius zyne onderhandelingen aan 't Russische Hof in iets minder dan twee maanden verricht hebbende, vervorde zyne Reys van Muscou naar Perfien, afzakkende de Rivieren Musco, Occa, en Wolga, naar Casan en Astracan, twee groote Plaatsen en Hoofdsteden van twee machtige Ryken, welke overheert, en aan het Russische Ryk gehegt waren, door dien Heldhaftigen Vorst Iwan Bafilowitz. Na een gevaarlyke tocht over de Kafpifche Zee, daar zy byna zouden vergaan zyn door de hevigheid van een geweldige onverwachte storm, en door de onervarenheid der Stuurlieden (hebbende het Schip twee Roers, en gevolgelyk, twee Stuurmans, die elkander niet wel verstonden) quamen zy eindelyk behouden op de Kusten van Persien, en landeden tot Nifabad, alwaar zy eenigen tyd bleeven, op de manier der Inboorlingen onder tenten woonende. Twee andere Ambassadeurs naar het Perfiaansche Hof, de een van den Koning van Polen, en de ander van haare Czaersche Majesteiten, omtrent op den zelven tyd tot Nisabad aan Land gekomen zynde, vervolgden zy gezamentlyk de reys naar Siamachi, de Hoofdstad van de Provintie Schirwan, in het Meden der Ouden, of, gelyk het nu genoemt word, Georgien, alwaar zy aanquamen ontrent het midden van December, en bleven tot dat de Gouverneur van die Stad en van dat Land kundschap_gegeven had van haare aankomst aan het Persiaansche Hof, en van daar bevel hadden ontfangen op welke wyze zy zouden worden onthaalt, en langs welken weg naar het Hof gezonden. Midlerwyl zat Doctor Kampfer niet ledig, maar ging de gantsche nabuurschap van Siamachi door, Kruyden zoekende en opmerkende al wat merkwaardig was in de natuur en door de kunst, voor zo veel het zyne zaaken, en een voorspoedige en gantsch niet onvoordeelige praktyk der Medicynen, het wilden toelaten, want de achting en naam van een Europisch Artz, deed hem zeer ras in deze groote en volkryke plaats zeer veel Praktyk krygen. Tot noch toe zouden wy nooit gehad gehad hebben dat kostelyk en naauwkeurig verhaal, 't welk hy gegeven heeft in zyne Amanitates Exotica, van den oorfprong en fonteynen van de Naphta op het half Eyland Okefra, by aldien hy zich de moeite niet gegeven had, om dezelve op de plek te gaan beschouwen. Weinige weeten welken pleyzier een Natuur-beschryver geniet, wanneer eenige nieuwe en zonderlinge natuurverfchynfelen zich aan hem opdoen op plaatsen die niet bezocht zyn. Doctor Kampfer had het genoegen van in dat Medisch half Eyland te vinden meer dan hy zocht, en in plaats van een, dat hy ging zien, zo als hy zegt, ontmoete hy niet minder dan zeven wonderen. De Stad Baku aan de Kafpifche Zee, de overgeblevene gedenkzuylen der Oudheid in desselfs nabuurschap, de fonteinen van Naphta, het brandende Veld, het ziedende Meyr, een berg welke schoone Pottebakkers Aarde uytwierp, en eenige andere byzonderheden, waarlyk veele voor zulk een kleinen omtrek Lands, vergoedende hem alle zyne moeyte en zelfs het gevaar voor zyn Leven, van derwaards gegaan te zyn. Na de wederkomst der Zenboodens naar het Persiaansche Hof gezonden, vervolgde de Heer Fabricius zyne Reys derwaards omtrent het midden van Louwmaand 1684, zo als ook deeden de Poolfche en de Czaar sche Gezanten met hunne gevolgen; maar gelast zynde elk verscheide wegen te neemen, quam het Zweedsch Gezantschap tot Ifpahan de Hoofdstad van Perfien, eenige tyd eerder dan de andere. Schab Solyman, Koning van Persien, een Vorst van een teer en zieklyk geftel, was toen op den raadt zyner Starrekundigen, als in een soort van vrywillige gevangenis in zyn Paleys. Bevreest voor de doodelyke gevolgen van een quaadaardige zamensterring wilden zy hem niet toelaaten uyttegaan, noch in het openbaar te verschynen tot op den dertigsten July, op welken dag hy zyn geheele Hof met de uytterste pracht en heerlykheid onthaalde. In dien tyd waren 'er verscheide vreemde Afgezanten te Ispahan, van de Koningen van Zweeden, Poolen, en Siam, van de Czaars van Muscovien, van verscheide Arabische en Tartarische Prinssen, en ook fommige met Credentiaalen, Geloofsbrieven, van den Paus, van den Roomsch Keyzer, en van den Koning van Vrankryk, die verscheidentlyk op den zelven dag ter gehoor wierden toegelaaten, zynde het de gewoonte der Persiaansche Koningen, om de Ambassadeurs der vreemde Mogentheden niet toe te laaten in haare Koninklyke tegenwoordigheid, dan by zodanige plegtelyke gelegentheid als deze was, in eene volle vergadering van dit talryk Hof, en op de prachtigste wyze zo veel doenlyk is. De Heer Fabricius had de Eer van eerst van allen ingeleid te worden ter gehoor, en in der daad geduurende den gantschen tyd van zyn verblyf tot Ifpahan, 't welk naby twee jaaren was, wierden hem zeer bezondere en zeer onderscheidentlyke Eeren beweesen, waar uyt bleek, dat noch zyn persoon, noch zyne te verhandelende zaaken onaangenaam waren geweest aan het Perfiaansche Hof. Doctor Kampfer, wiens nieuwsgierige en navorschende luit om alles te onderzoeken, zich reets liet ontglippen, maakte alle mogelyke voordeelen uyt zulk een langdurig verblyf in de Hoofdstad van het Persiaansche Ryk. Zyn voornaamste en liefste onderzoekingen waarlyk, hier en elders op zyne reyzen, strekken inzonderheid tot verbetering en voortzetting van de Geneeskonst, en van de Natuurlyke Historie in desselfs verscheide taalen, en hy heeft overvloediglyk getoont door zyne Amænitates Exotica, dat zyne poogingen hier in niet vruchteloos zyn geweest: Hy bepaalde zich evenwel niet volstrektelyk op dit onderwerp, schoon groot en wydgenoeg uytgestrekt : - de Staatkundige Historie van een Land, de opvolgingen merkwaardige daaden van desselfs Vorsten, den Staat van hun Hof en Regeering, hunne perfoon 1 1 soonlyke hoedanigheden, ondeugden of deugden, de Costumen, manieren, neigingen der Inboorlingen, hunne Levenswyze, Koophandel, de Overblyffelen van de Oudheid, de hedensdaagsche Gebouwen, het zy geheiligde of burgerlyke, de bloeyende of laage staat van kunsten en wetenschappen, en veele andere dingen van diergelyken aart, waren de geene, die zyne naerstigheid en oplettendheid evengelykelyk oeffenden. Wat aanbelangt de Persiaansche zaaken in het byzonder, wierd hy in zyne onderzoekingen zeer veel geholpen door den Eerwaarden Pater du Mons, Prieur van het Klooster der Kapucynen tot Ifpahan, die aan het Hof van Persien gediend had als Tolk meer dan dertig jaaren, en die meer dan eenig Europeër, voor hem daar geweest, verkregen had een grondige kennis van de Perfiaansche Taal, Regeering, en Costumen, en een dieper inzicht in den Staat van dat Hof en Koninkryk. En waarlyk de Beschryving van Persien door Doctor Kampfer, (zo als ze is in zyne Amænitates Exotica) kan de allernaauwkeurigste, die voor of na hem gegeven zyn, zo in netheid als volkomentheid, ten vollen opweegen. De Heer Fabricius zyne onderhandelingen aan 't Perfiaansche Hof volendt hebbende ontrent het laatst van 't jaar 1685, en zich vaerdig maakende om naar Europa te keeren, oordeelde het Doctor Kampfer om de voorverhaalde redenen in zyne voorreede voor de Historie van Japan, ondienstig om met hem te rug te gaan. Hem was waarlyk aangeboden de eerste plaats van Lyf-Artz van een Georgisch Prins, met een zeer aanmerkelyke wedde, doch zyne geregentheden tot reyzen, noch niet vermindert zynde, leideden hem verder in het Oosten, en den raadt van Pater du Mons, met wien hy eene byzondere vriendschap hadde gemaakt, geduurende zyn verblyf tot Ifpahan, te zamen met de aanprysingen dien hy verkreeg van den Heere Fabricius, haalden 't by hem over om in dienst te gaan van de Nederlandsche Oost-Indische Maatschappy, in hoedanigheid van Chirurgyn van de Vloot, die toen kruystte in de Golf van Persien, een Ampt, gelyk hy zich zelven in een zyner Brieven uytdrukt, waarlyk wel min aanzienlyk, doch meer overeenkomelyk met zyn voorneemen om te reyzen. In November 1685. verliet hy Ispahan, en reysde naar Gamron of Benderabaffi, een Koopstad aan de Golf van Persien, en hy wierd een myl buyten de stad op een zeer eerlyke wyze uytgeleid door het gevolg van den Ambassadeur. Hy bleef eenigen tyd tot Syras, zo om de nodige onderrechtingen te bekomen van de vermaarde Persiaansche wapens, die den naam dragen na de stad, als om te bezoeken de beroemde overblyffelen van het oude Persepolis, en het Koninklyk Paleys van Darius, dat deftige Gebouw, 't welk een offer werd aan de wyn en brooddronkenheid, en welkers verstrooide puynhoopen tot den huydigen dag zyn een ontoochenbaar gedenkteeken van desselfs eertydsche pracht, en grootsheid. aan De ongezondheid van Gamron, van wegen de zoele hitte der Lucht, en het gebrek aan water is zodanig, dat weinige Europeaanen daar eenen geruymen tyd leven kunnen zonder groote benadeeling aan hunne gezondheid, en de Inboorlingen zelve zyn genootzaakt in het heete jaargety zich te vertrekken naar de bergen. Doctor Kampfer voelde ras na zyne aankomst het uytwerksel daar van, vervallende in een zwaare heete Koorts, welke hy eenige dagen lag ylende: het behaagde evenwel de Voorzienigheid hem te spaaren: zyne Koorts afnemende viel hy in een Waterzucht, en deze eindigde weder in een derdendaagsche Koorts, en door deze gevaarlyke en ongewoonlyke passen was het dat hy zyne gezondheid weder kreeg, doch niet zyn voorige kracht en sterkte. Zo ras als hy zich in staat bevond om te vertrekken, begaf hy zich landwaards in, om van Lucht te veranderen, en om zyne krachten te krygen, als mede om nieuwe ontdekkingen en aanmerkingen te maaken, voornamentlyk ontrent zodanige dingen, die van wegen de ongezonde gesteldheid van het Klimaat, en van andere ongemakken, nooit te vooren zo volkomentlyk en zo naauwkeuriglyk onderzocht waren. Aan deze zyne Zomertochten, en verlaating van Gamron is men verschult, zyn verhaal van den Berg Benna in de Provintie Laar aan de Golf van Persien, van desselfs Planten en Dieren, van den kostelyken Bezoar, en van het Dier in welkers maag ze word gevonden; van de zonderlinge heete Baden, van een natuurlyke Balfem, en van andere rarigheden op dezen bergen in desselfs nabuurschap opgemerkt: Zyne beschryving van de natuurlyke Mummy, die allerkostelykite Balfem, die uyt een Rotz, in de Provintie Daar zweet, en eens 's jaars met groote pracht en plechtigheid verzamelt word tot het gebruyk van den Perfiaanschen Koning alleen: Zyne aanmerkingen over de Afa fætida, van de Plant die stof uytleverende, die in Perfien alleen groeyt, en van de manier om dezelve te vergaderen en te bereyden: Zyne aanmerkingen over de Vena Medinenfis der Arabische Schryvers, of Dracunculus gelyk hy het noemt, een zonderlinge Worm, gegroeyt tusschen de spieren op verscheyde plaatsen van 't menschelyk Lichaam: Zyn verhaal van het Sanguis Draconis, ik meen het oprechte Ooftersche, 't welk hy verzekert dat men krygt uyt de vrucht van een Palma Conifera; zyne fraaije en naauwkeurige Historie van de Palma Dactylifera, in Persien groeijende, desselfs verscheidene foorten, mannetje en wyfje, desselfs teeling, groey, bereiding en gebruyken, veel boven het geene dat ooit bekent geweest is van dezen zonderlingen boom: benevens veele andere opmerkingen, alle even keurlyk en nuttig, die misschien den een of den anderen tyd aan het gemeen zullen worden medegedeelt. Hy vertrok niet van Gamron voor het eind van Juny 1688, hebbende de Vloot daar hy op ging, ordre van aan te doen de meeste Factoryen der Nederlanders in het gelukkig Arabien, in het Land van den Grooten Mogol, de Kusten van Malabar, op het Eyland Ceylon, in de Golf van Bengale en op het Eyland van Sumatra, en hy had gelegentheid van alle deze verscheidene Landen te bezien, overal met de zelve vlyt, naerstigheid, en den zelfden dorst tot meerder kennis; was zyn verblyf langer geweest, zoude zyne opmerkingen ook meerder geweest zyn. In Herfitmaand 1689 quam hy tot Batavia, en bleef daar ettelyke maanden. Deze bloeijende en volkryke Stad, de voornaamste Zetel van der Nederlanders macht in de Indiën, was toen reeds zo veel bekent, en was zo naauwkeurig beschreven door voorgaande Schryvers, dat Doctor Kampfer het ten eenemaal onnodig achtte, eenige onderzoekingen te doen ontrent haare opkomst en bloeijende staat, ontrent haare gemakkelyke en aangenaame gelegentheid, haaren Koophandel en Rykdommen, desselfs Macht en Regeering, en diergelyke, verder dan vereischt wierd om aan zyne eige nieuwsgierigheid te voldoen. Om deze reden wende hy zyne gedachten voornamentlyk op de natuurlyke Historie van dat Land, een veel eedelder onderwerp, en overeenkomstiger met zyn smaak en bequaamheid. De ryke en kostelyke Hof van Cornelis van Outshoorn, die toen Directeur Generaal was van de Nederlandsche Ooft-Indische Maatschappy, de Tuyn van den Heer Moller, en het Eyland Edam, dat flechts weinige uuren van Batavia aflegt, gaven hem om op te merken menigten van zeldsaame zonderlinge Planten, zo van het Land als van vreemde gewesten, van welke veele nooit bekent waren geweest, welker beschryving en beeltenissen hy voorgenomen had uyttegeven, te gelyk met veele andere door hem opgemerkt in 't ver C2 't vervolg van zyne Reyzen, inzonderheid door Perfien, het Eyland Ceylon, het Koningryk van Siam, en het Keyzerryk van Japan, welke alle nu in handen zyn van den Ridder Hans Sloane. Hy had voorzeeker veele goede nodige hoedanigheden om een Kruydkundige te zyn, voor eerst eene bequame kennis in die wetenschap, tot zo ver als ze in dien tydt was gevordert, ten tweeden een Lichaam aan ongemakken gewent, ten derde zeer groote naerstigheid en yver, en eindelyk, het geene myns bedunkens niet min wezentlyk is, een keurlyke hand om ze te tekenen. Met alle deze voordeelen bepaalde hy zich zelven niet blootelyk aan het innerlyk gedeelte van deze wetenschap alleen, namentlyk eene naauwkeurige beschryving van de Planten en der zelver deelen, dewelke hoe noodzaakelyk ze ook zy, door de meeste Lezers echter gehouden word voor een te droogen onderwerp. Hy trachtede zyne opmerkingen van nutte te maaken aan het Menschdom, en hy nam zeer groote moeyte om de menigvuldige gebruy ken der Kruyden die hy beschreef te onderzoeken, het zy ze raaken de Geneeskunde, of den Landbouw, Handwerkselen en diergelyke; als mede na de manier van dezelve voort te teelen, om ze te bereiden dat ze konden dienen tot deze verscheidene eindens. Hoe gelukkelyk hy daar in geflaagt heeft, zullen de beschryvingen van de Thée en van de Papier-boom, welke ik hier achter in het aanhangsel van deze Historie, tot blyk, om geen meer andere op te haalen, bygevoegt heb, genoegzaam aantoonen en doen blyken. In May 1690. ging hy op reys van Batavia naar Japan, in hoedanigheid als Geneesheer van het Gezantschap, dat de Nederlandsche Ooft-Indische Maatschappy eens 's jaars zend naar's Keyzers Hof, en om zo veel mogelyk alle bedenkelyke voordeelen te doen op deze Reys, verkreeg hy verlof om aan boort te gaan van dit Schip, 't welk Siam moest aandoen, op dat hy dus ook gelegentheid mocht hebben van dat Ryk te bezichtigen. De aanmerkingen die hy op dezen Reystocht naar het Koninkryk van Siam, en naderhand in zyn tweejaarig verblyf in 't Ryk van Japan maakte, het onderwerp zynde van deze Historie, oordeele ik het onnodig daar van hier veel te spreeken. Japan was niet alleenlyk het laatste Oostersche Ryk, dat hy meende te bezien, maar ook het geene, waar na hy altoos van over langen tyd hadde gehaakt, en het zelve aangezien voor een verdienend onderwerp van een arbeidzaam onderzoek: De byna onoverkomelyke zwarigheden, groot genoeg om zelf den alleryverigsten af te schrikken, spoorden hem aan om met des te meer moeyte onderzoekingen te doen, en hy offerde zeer gewilliglyk op zyn tyd, kunst en geld om voor zich zelven en voor anderen te bezorgen een grondige kennis van een Land, van het welk tot dien tyd toe geen voldoenend verhaal gegeven was: Met welken gevolg en uytflag hy dit gedaan heeft, laaten wy over aan het Gemeen om te oordeelen. om In November 1692. verliet hy Japan, en February 1693. Batavia, weder te keeren naar Europa. Hy bleef ontrent eene Maand aan de Kaap de Goede Hoop, en quam in October daar aan volgende tot Amsterdam. In April 1694. wierd hy gevordert tot Leeraar in de Geneeskunde op de Hooge Schoole tot Leyden, en by deze gelegentheid, gelyk het gebruykelyk is op buytenlandsche Academien voor Heeren na diergelyke vorderingen haakende, om een openbaar blyk te geven van haare bequaamheden, 't welk zy noemen Theses Inaugurales, deelde hy mede aan de geleerde Waereld tien zeer zonderlinge en fraaije Aanmerkingen, die hy gemaakt had in vreemde Landen, over de beroemde Agnus Scythica, of Borometz, een voorgewendt Plant-Dier, 't welk hy toonde een zuyver verdichtzel te zyn, veroorzaakt misschien door eenige overeenkomst tusschen den naam Boro metz |